In het kort:
De discussie over AGI leidt af van de concrete vooruitgang die wordt geboekt in AI-ontwikkeling. Altman pleit voor een meer genuanceerde benadering die zich richt op specifieke capaciteiten en vooruitgang.
- OpenAI's definitie van AGI als 'AI die significant werk kan verrichten' wordt problematisch omdat de aard van werk constant verandert
- Experts bekritiseren de term als vaag en misleidend, vooral in relatie tot fondsenwerving
- De recente lancering van GPT-5 toont aan dat vooruitgang meer incrementeel dan revolutionair is
Het grote plaatje:
De focus verschuift van het binaire 'wel of geen AGI' naar een meer genuanceerde discussie over verschillende intelligentieniveaus. OpenAI, momenteel gewaardeerd op $300 miljard, bereidt zich voor op een nieuwe waardering van $500 miljard.
De andere kant:
Critici waarschuwen voor overdreven beloftes in de sector. Professor Wendy Hall van de Universiteit van Southampton pleit voor globally agreed metrics bij productlanceringen: "Het is momenteel de Wild West voor kwakzalvers."